Het regent deze zomer interessante vonnissen over pensioenwijzigingen. Zoals Hof A’dam 8 juli 2019. Werkgever zegt uitvoeringsovereenkomst (UO) met pensioenfonds op en brengt nieuwe opbouw onder bij een pensioenverzekeraar. Pensioenfonds liquideert met gevolg dat alle opgebouwde aanspraken collectief worden overgedragen aan diezelfde pensioenverzekeraar. Overdracht heeft consequenties voor indexatie(- en korting)perspectief van ex-werknemers. Aantal gepensioneerden betrekt (ex-)werkgever in rechte. Werkgever trekt aan kortste eind, met vergaande gevolgen voor werkgever – mogelijk ook van toepassing op verzekerde regelingen.
Een aantal interessante overwegingen:
- door opzegging UO wordt pensioenovereenkomst eenzijdig gewijzigd, voor wijziging heeft werkgever geen zwaarwegend belang;
- door onvoldoende rekening te houden met gevolgen voor de gepensioneerden van opzegging van uitvoeringsovereenkomst handelt werkgever in strijd met zorgplicht voor ex-werknemers (art. 7:611 BW);
- door ongerechtvaardigde wijziging is sprake van strijd met onderbrengingsplicht (art. 23 PW);
- uit systeem van Pensioenwet vloeit voort dat werknemers via derdenbeding partij zijn bij UO.
Uitgebreidere beschrijving van dit vonnis: eerstvolgende exemplaar van vakblad Pensioen & Praktijk (Kluwer).