2018-16 Onlangs stuurde het kabinet de tweede evaluatie van de Wet verevening pensioen bij scheiding (Wvps) naar de Tweede Kamer. De uitkomst is dat de WVPS stevig dient te worden gewijzigd. Er komt nog een (internet)consultatieronde voor het pensioenveld, de bedoeling is dat de wet in 2019 in werking treedt. De belangrijkste voorstellen zijn:
- Toepassing wet: “nee, tenzij” wordt “ja, tenzij”
- Eén rekenformule voor premieregelingen
- Conversie wordt standaard
Toepassing wet: “nee, tenzij” wordt “ja, tenzij”
De wettelijke mogelijkheid tot pensioenverdeling wordt beperkt gebruikt:
- 30% – 50% van het aantal scheidingen de pensioenverevening via de pensioenuitvoerder geregeld wordt
- 30% ziet wederzijds af van verevening. In deze situaties is voor de gewezen partners duidelijk wat er over en weer verwacht mag worden.
- Bij de overige 20% – 40% is dat anders. Hebben ex-partners niet of te laat een mededelingsformulier ingestuurd naar de pensioenuitvoerder, dan behoudt de vereveningsgerechtigde weliswaar zijn of haar rechten, maar moet hij of zij te zijner tijd zelf het recht op uitbetaling claimen bij de ex-partner. De vereveningsgerechtigde krijgt op grond van de wet dus niet automatisch het deel van het ouderdomspensioen uitbetaald door de pensioenuitvoerder waar hij of zij recht op heeft.
Daarom is het plan om in de Wvps het uitgangspunt voor het uitbetalen van het verdeelde ouderdomspensioen via de pensioenuitvoerder te wijzigen van: ‘nee, tenzij wens is te verevenen via de pensioenuitvoerder’, naar ‘ja, tenzij wens is niet verevenen via de pensioenuitvoerder’. Voor een (veel) grotere groep mensen gaat de verdeling van ouderdomspensioen dan automatisch goed, terwijl de gewezen partners toch alle keuzevrijheid houden om af te zien van verdeling of afwijkende afspraken te maken als zij dit willen.
Eén rekenformule voor premieregelingen
De Wvps geeft bij premieovereenkomsten onvoldoende handvatten. Pensioenuitvoerders hanteren in de praktijk verschillende berekeningsmethoden en communiceren hier ook op verschillende manieren over. Gezien de ontwikkeling van toename van het aantal premieregelingen is meer uniformiteit in de berekeningsmethodiek bij premieovereenkomsten wenselijk. Alvorens één rekenformule in wet- of regelgeving kan worden opgenomen, zal met de pensioensector worden bekeken of deze methode voor alle uitvoerders werkbaar is.
Conversie wordt standaard
Na een scheiding kan het ouderdomspensioen op grond van de Wvps op twee manieren verdeeld worden. Verevenen (verdeling vanaf moment dat pensioen in gaat) of conversie (op moment van scheiding pensioen verdelen zodat ieder een eigen aanspraak krijgt). Beide zijn mogelijk onder de Wvps, maar verevenen is de standaard. Op dit moment vindt slecht in 3% van de uitbetalingen bij scheiding plaats op basis van conversie. Een logische verklaring lijkt gevonden te kunnen worden in de bias dat mensen nauwelijks van de standaardverdeling afwijken. De voordelen van conversie ten opzichte van verevening geven de doorslag om van conversie de standaardmethode te maken. Het is belangrijk dat beide ex-partners regie krijgen over hun eigen pensioen en dat er op het gebied van pensioen na scheiding geen levenslange afhankelijkheid meer is.
Geen aanpassing partnerbegrip
De Wvps heeft alleen betrekking op gehuwden en geregistreerde partners, niet op ongehuwd samenwonenden. De Pensioenwet heeft betrekking op gehuwden, geregistreerde partners en partners in de zin van de pensioenovereenkomst. De trend is dat steeds meer mensen ongehuwd samenwonen. Dit heeft de vraag opgeroepen of de werkingssfeer van de Wvps moet worden uitgebreid door deze ook op ongehuwd samenwonenden van toepassing te doen zijn. Uitbreiding van dit begrip brengt uitvoeringsproblemen met zich mee. Het voorstel is daarom de werkingssfeer van de Wvps niet uit te breiden naar ongehuwd samenwonend.